De tijd van ontdekkers en hervormers start rond het jaar 1500 en duurt tot het jaar 1600. In deze tijd gaan de Europeanen de wereld ontdekken. Dit gebeurt vooral met behulp van grote zeilschepen.

De mensen gaan in deze tijd anders naar zichzelf en de wereld kijken. Hierdoor ontstaat er meer interesse in de wetenschap en worden er veel nieuwe ontdekkingen en uitvindingen gedaan. We noemen dit de renaissance. Tegelijk krijgen de mensen veel interesse in de klassieke oudheid (Grieken en Romeinen). Dit blijft een bron van inspiratie.

In de kerk ontstaat een groep die zich af willen scheiden. zij vinden dat het in deze tijd alleen nog gaat om geld en macht en niet over het geloof. Zij worden de Protestanten genoemd. De Protestanten splitsen zich af van de christelijke kerk in West-Europa. Deze periode wordt de reformatie genoemd.

In de tijd van ontdekkers en hervormers is Spanje de baas in de Nederlanden. Zij treden hard op tegen de Protestanten. Onder leiding van Willem van Oranje komen de Nederlanden succesvol in opstand tegen de Spaanse heerser. Uiteindelijk ontstaat er een onafhankelijke Nederlandse staat.